Algemene informatie
Leerstof
Vindplaatsen
Computeropdrachten
Rooster
Toetsvorm
|
De toetsing van het blok bestaat uit drie onderdelen: schrijfopdrachten,
computeropdrachten en een eindpaper.
- Schrijfopdrachten
Er moet drie keer een (individueel geschreven) kort schriftelijk
stuk worden ingeleverd over de stof van de voorgaande week of weken.
Uit het stuk moet
blijken dat de voorgeschreven literatuur serieus is bestudeerd en dat een
kritische mening is gevormd. Twee à drie pagina's (van elk zo'n 750
woorden, bij 10-punts tekengrootte) kunnen volstaan. De opdracht wordt vooral
beoordeeld op leesbaarheid, beheersing van het onderwerp en kritische
meningsvorming. De schrijfopdrachten zijn mede bedoeld om als basis te dienen
voor de eindpaper.
- Computeropdrachten
Er is een viertal computeropdrachten die in paren gemaakt mogen
worden (in de computerruimte). De beoordelingscriteria hangen af van de
opdracht, en betreffen vooral juridische inhoud, technische kwaliteit en
vormgeving.
- Een eindpaper
In de toetsweek moet een (individueel geschreven) eindpaper
worden ingeleverd (zo'n 10 pagina's van elk zo'n 750 woorden, bij
10-punts tekengrootte). Onderwerp: de mogelijkheden en beperkingen van de
toepassing van informatietechnologie in het recht. De beoordeling gaat net als
bij de schrijfopdrachten: leesbaarheid, beheersing van het onderwerp en
kritische meningsvorming bepalen het cijfer. De schrijfopdrachten mogen
gebruikt worden als basis voor de eindpaper (maar simpel achter elkaar plakken
volstaat niet).
Elk van de drie onderdelen wordt beoordeeld met een cijfer.
Alledrie moeten voldoende zijn. Bij drie voldoendes is het eindcijfer voor het
blok het gemiddelde van de drie cijfers.
De opdrachten kunnen aan het begin van een bijeenkomst of per
elektronische post (b.verheij at ai dot rug dot nl) worden ingeleverd.
Schrijf- en computeropdrachten moeten op tijd worden ingeleverd, dat wil
zeggen uiterlijk aan het begin van de betreffende bijeenkomst (zie het
rooster). De eindpaper kan aan mij persoonlijk of per elektronische post worden
ingeleverd, uiterlijk op vrijdag 5 april. Te laat inleveren van een opdracht of
de eindpaper betekent een onvoldoende. In de toetsweek mag maximaal
één onvoldoende schrijf- of computeropdracht opnieuw worden ingeleverd,
uiterlijk op vrijdag 5 april.
Herkansing. Op individuele basis kunnen afspraken over
herkansing worden gemaakt. Uitgangspunt is dat de onderdelen
één keer herkanst kunnen worden aan het eind van het
studiejaar (volgens het rooster in de week van 24 juni).
|